CVO Citaverde college

AOC: CITAVERDE College, Horst   

Contactpersoon: Ton Hermans, locatiedirecteur

Bedrijf: melkveehouderijen en tuinbouwers uit het regionaal economisch cluster Greenport Venlo

 

Tekst: Hanneke Bulten 

CENTRUM VOOR VAKMANSCHAP EN ONDERNEMERSCHAP (CVO) CITAVERDE COLLEGE

Vakdag verbindt theorie met praktijk

Op woensdag is het vakdag op het CITAVERDE College. Naast de reguliere BPV bezoeken de mbo-studenten één dag in de week een bedrijf waar op dat moment hun theorie in de praktijk wordt gebracht. Zo schetst locatiedirecteur Ton Hermans de opzet van het Centrum voor Vakmanschap en Ondernemerschap (CVO).

Waar ‘het echte werk’ die week plaatsvindt, is afhankelijk van het curriculum van de opleiding die ze volgen. ‘De onderwerpen en thema’s zijn leidend’, licht Ton toe. En hij neemt direct een vooroordeel weg: ‘Het is zeker geen excursie.’ Wat er dan wel gebeurt? De locatiedirecteur begint bij het begin: een klankbordgroep, met daarin een afvaardiging van het bedrijfsleven, die constateerde dat het bij toekomstige werknemers ontbreekt aan vakmanschap en ondernemerschap. Diverse bedrijven, vooral melkveehouders en tuinbouwers uit de regio, zegden tijd en energie toe om te werken aan verbeteringen. 

Praktijkopdracht

Het CITAVERDE goot deze toezeggingen in de vorm van een centrum, waarin theorie uit de opleiding met de praktijk op het bedrijf gemixt wordt. Ton licht toe hoe dat werkt. ‘Stel, het onderwerp ‘automatische melkwinning’ komt aan de orde. Dan kijken we welk bedrijf in de regio daar mee bezig is. In de lessen bereiden de studenten zich voor, door alvast de kengetallen van het bedrijf te bestuderen. Op de dag zelf licht de ondernemer de getallen toe en gaan de studenten er, samen met een gastdocent, een specialist op dit vlak, in een praktijkopdracht mee aan de slag.’ Deze manier van opleiden geeft de kwaliteit van de lessen een impuls, waar zowel studenten, docenten als het bedrijf van profiteren, concludeert Ton. 

Energie

Hij ziet een duidelijk verschil met de BPV, waarin studenten een aaneengesloten periode van tien weken op hetzelfde bedrijf zijn. ‘De begeleiding tijdens de vakdagen is intensiever en we vliegen als het ware in op de plek waar het gebeurt. We zijn niet gebonden aan één bedrijf, maar hebben de keuze uit meerdere.’ De locatiedirecteur constateert dat de invoering van het CVO veel energie doet vrijkomen. Vooral bij studenten, omdat ze veel meer in bezig kunnen zijn met het vak waarvoor ze gekozen hebben. Juist in die periode buiten de BPV om grijpen ze de kans om op een melkveehouderij of bij een tuinbouwbedrijf een praktijkopdracht uit te voeren. 

Extra certificaat

Het CVO, dat overigens geen fysiek centrum is maar de samenwerking tussen het onderwijs en de bedrijven omvat, is nu nog afhankelijk van subsidie. Eén van de partners is de Rabobank, die ook een rol speelt in het werken aan ondernemerschap, het andere thema waar het aan schortte. Dat begint bij vmbo-leerlingen, die als tweedejaars onder leiding van medewerkers van de bank een ondernemingsplan schrijven en presenteren. Daarnaast stimuleert CITAVERDE haar mbo-studenten het certificaat Ondernemerschap te verwerven. Dat betekent: extra praktijklessen. De locatiedirecteur is trots op het resultaat van deze inspanningen: afgelopen schooljaar reikte hij het certificaat aan 17 van de 114 gediplomeerde mbo’ers uit. De extra lessen om dit certificaat te behalen, volgen de studenten op vrijwillige basis. De vakdagen van het CVO maken onderdeel uit van de reguliere lessen. 

Laaghangend fruit

Ton tipt andere scholen om ‘gewoon te beginnen’. Pak het laaghangend fruit, is zijn advies als je aan de slag wilt met het bedrijfsleven om je studenten beter voor te bereiden op hun toekomst. ‘Natuurlijk zijn er beren op de weg, maar let maar eens op: je zit met ondernemers aan tafel, en die zijn heel pragmatisch.’ En hij heeft nog een laatste tip: begin in plaats van te vertellen eens met luisteren.

Interessante links:

- lees meer over dit project op het Groene Plein